Homepagina Landen België Methodiek Stap 1: Onderzoek en kennis Kwantitatieve en kwalitatieve onderzoeken Eerste enquêtes voor werknemers en restaurants (2009) In België

In België

Werknemers

555 Belgische werknemers hebben de eerste enquête beantwoord; twee derde van hen waren vrouwelijke werkneemsters.

De meeste werknemers waren bekend met een programma dat evenwichtige voeding promoot (59,5%) en gaven aan geïnformeerd t zijn via een campagne van de voedingsindustrie. 80% van degenen die er geen kenden, had hierover graag meer informatie gewild.
Bij de vraag naar de betekenis van evenwichtige voeding kozen bijna evenveel Belgische werknemers voor "diverse voedingsmiddelen in een gematigde hoeveelheid en in een aangename omgeving" als voor "lekker eten en tegelijkertijd je gezondheid beschermen". Dat toont aan dat plezier, milieu en diversiteit positief geassocieerd wordt met evenwichtige voeding. Ook in België brachten de meeste respondenten uit de zes landen evenwichtige voeding in verband met voeding arm aan of vrij van vet, zout en suiker. Dit resultaat kan erop wijzen dat evenwichtige voeding ook geassocieerd wordt met diëten,waardoor dit type voeding een negatief imago kan krijgen.

Zo’n 40% van de werknemers antwoordde aan overgewicht of zwaarlijvigheid te lijden, zoals af te lezen is uit de volgende grafiek. Een kleiner aantal respondenten gaf aan zwaarlijvig te zijn in vergelijking met de nationale statistieken

Figuur 1: Overzicht van het gewicht opgegeven door werknemers

Van alle zes de landen heeft België het laagste percentage (12,2%) werknemers die in het restaurant lunchen. Bijna 90% van de werknemers verkozen zelfbereide voeding of voeding die op kantoor wordt geleverd. De meerderheid (70,5%) nuttigde de lunch in een gezamenlijke ruimte op kantoor en 17,3% lunchte thuis.
Degenen die uit eten gingen, aten hun lunch bij voorkeur in een bakkerij of een broodjeszaak. Geen werknemers gaven aan in een restaurant te eten!

De belangrijkste reden die gegeven werd om niet in een restaurant te eten, was de voorkeur voor zelfbereide maaltijden (53,9%), gevolgd door een gebrek aan tijd om uit eten te gaan (31,4%).

Figuur 2: Overzicht van de plaatsen waar Belgische werknemers hun lunchpauze houden:

De belangrijkste reden waarom Belgische werknemers voor een lunchplek kozen, was de nabijheid tot de werkplaats. De betaalbaarheid en de snelle bediening waren daarna de belangrijkste factoren. Waar ze op dat moment zin in hadden, was de belangrijkste factor om te kiezen wat ze aten.

Restaurants

51 Belgische restaurants hebben de enquête beantwoord. De meeste waren restaurants die een speciaal lunchmenu aanboden, meestal een "dagschotel".

Figuur 3: Indeling restaurants van respondenten:

Ongeveer de helft van de restauranthouders beweerden bekend te zijn met een programma over evenwichtige voeding (49%), met een meerderheid die op de hoogte was via de televisie. Iets meer dan de helft van die respondenten beweerde echt te weten wie het programma promootte.

38,5% van de respondenten die bekend waren met een dergelijk programma, hebben de aanbevelingen ervan overgenomen in het restaurant, voornamelijk door het aanbod groenten te verhogen en het vet-, zout- en suikergehalte in de gerechten te verminderen. Drie vierde van de personen die de aanbevelingen niet toepasten, deden dat niet er niet voldoende vraag naar was bij hun klanten. Tijdgebrek was de reden die de overige 25% opgaven.

Meer dan 80% van de restauranthouders beweerde enige kennis te hebben van evenwichtige voeding, wat vergelijkbaar is met het gemiddelde van de andere landen behalve Spanje, zoals uit de volgende grafiek blijkt. 5,9% van de respondenten (tweede hoogste percentage na Tsjechië), had totaal geen interesse in evenwichtige voeding.

Figuur 4: Kennis van restauranthouders over evenwichtige voeding

De meeste respondenten van de zes landen gaven in België aan lokale producten te gebruiken in hun restaurants (91,8%), waarbij het belangrijkste voordeel voor het restaurant de prijs en de kwaliteit van de voeding was.
Bijna 65% van de restauranthouders (het kleinste aantal van de zes landen, maar nog steeds een hoog percentage) had geen bezwaar tegen het promoten van evenwichtige voeding in hun restaurant. De belangrijkste problemen die werden aangehaald, waren tijd en een gebrek aan vraag van de klanten.

Uit de resultaten van België blijkt dat de ondervraagde werknemers de voorkeur gaven aan zelfbereide maaltijden tijdens de lunchpauze. De weinigen die uit eten gaan, kiezen meestal voor zaken die een snelle maaltijd aanbieden. Daarom zou het tijdgebrek dat door een derde van de respondenten vermeld werd, een van de redenen kunnen zijn voor dit verschijnsel.

Een heel groot percentage van de Belgische restauranthouders gaf aan lokale producten te gebruiken voor hun bereidingen. Meer van hen moeten worden aangemoedigd om andere aspecten van evenwichtige voeding in hun restaurants te promoten. Evenwichtige voeding aanbieden wordt pas echt belangrijk voor restaurants als hun klanten ernaar vragen.

Uit die resultaten blijkt dat de Belgische partners werknemers moeten aanmoedigen om lokale restaurants te bezoeken en om gezonde, evenwichtige voeding te vragen, zodat restaurants gestimuleerd worden om verandering aan te brengen in de voeding die ze aanbieden.